FARMACOTHERAPIE OP MAAT

Chemotherapie heeft meestal geen zin bij subtype MSI-maagkanker

Vraagstuk
De standaardbehandeling voor patiënten met niet-uitgezaaide maagkanker bestaat uit chemotherapie en vervolgens het operatief verwijderen van de tumor. Maar zo’n gecombineerde behandeling werkt niet bij iedereen even goed. Dit heeft wellicht te maken met het bestaan van verschillende genetische subtypes van maagcarcinoom. Een daarvan is de microsatelliet instabiele (MSI) tumor. Het vermoeden bestaat dat patiënten met dit type maagcarcinoom geen baat hebben bij chemotherapie en er zelfs eerder door overlijden.

Onderzoek
In dit CRITICS-project is van 506 maagkankerpatiënten na chemotherapie met fluoropyrimidine 5-fluorouracil (5-FU) en operatie het tumorweefsel verzameld. De weefsels zijn getest op de aanwezigheid van MSI.

Resultaten
In vergelijking met andere subtypes bleek chemotherapie bij patiënten met MSI-carcinomen niet te leiden tot een kortere overleving. Bovendien vertoonden de tumoren uit de MSI-operatiepreparaten niet of nauwelijks littekens, wat aangeeft dat chemotherapie geen effect heeft. Slechts in enkele gevallen waren die littekens wel aanwezig. Opvallend was dat deze patiënten met littekens een sterk verhoogde slijmvorming hadden. De betrokken wetenschappers adviseren om dit fenomeen verder te onderzoeken als mogelijke biomarker voor het selecteren van MSI-maagkankerpatiënten die wel op chemotherapie reageren.

 

project op website →

Uitvoerende: Dr. N.C.T. van Grieken, Amsterdam UMC | ZonMw-project: 848101003
Microsatellite instability as a marker of poor survival in patients with resectable gastric cancer when treated with perioperative chemotherapy

Video
Contact

Verstuur