Marcel Kenter had al veel onderzoekservaring toen het ministerie van VWS hem in 1999 vroeg om de Centrale Commissie Mensgebonden Onderzoek (CCMO) op te zetten. Deze organisatie beoordeelt in ons land klinisch onderzoek, waarbij zij let op zowel medische, wetenschappelijke, ethische, methodologische als juridische aspecten van dergelijke klinische studies. Ruim dertien jaar was Kenter er directeur. ‘In die periode heb ik veel goede en interessante onderzoeksvoorstellen gezien, maar ook projecten die uiteindelijk minder rooskleurig zijn uitgepakt.’
Kenter constateerde dat in Nederland artsen, ziekenhuisapothekers, celbiologen, biochemici en medisch biologen wel zeer deskundig zijn op hun eigen specialistisch vakgebied, maar niet leren hoe ze een nieuw geneesmiddel of vaccin moeten ontwikkelen. ‘Het gevolg is dat we vrijwel volledig afhankelijk zijn van de industrie en mede daardoor nauwelijks invloed hebben op de prijsstelling van nieuwe producten. Dit kennishiaat willen we met Paul Janssen Futurelab helpen overbruggen, zodat de eerste fase van een geneesmiddelontwikkeling vaker binnen de muren van de academie kan plaatsvinden.’
‘Academici leren tijdens onze cursussen de farmaceutische wereld beter kennen. Ze worden interessantere kandidaten voor de industrie.’
Paul Janssen Futurelab, met Kenter als directeur, is enkele jaren geleden vanuit het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC) opgericht met subsidie van GGG. Inmiddels biedt het lab een nascholingsprogramma voor ondernemende afgestudeerde biomedische professionals. De huidige onderwerpen variëren van klinische ontwikkeling, intellectueel eigendom tot markttoelating. Een cursus die momenteel samen met een onderwijsconsortium van zes partijen wordt ontwikkeld, zal ingaan op translationeel onderzoek waarbij laboratorium- en proefdieronderzoek worden vertaald naar klinische studies met mensen. Kenter: ‘In de online-cursussen maken we veel gebruik van multimedia. Zo hebben we educatieve documentaires, animaties, infographics, korte interviews met experts en zelfs een Netflix-achtige serie met auteurs om een nieuwe methodiek voor efficiënte productontwikkeling te illustreren. We maken edutainment.’
Sinds de start hebben circa 250 afgestudeerde biomedische professionals wereldwijd de interactieve online-cursussen gevolgd in groepjes van maximaal 25 personen. Zo’n 95% haalt de eindstreep, wat volgens Kenter een geweldig resultaat is. Hij vindt het mooi dat niet alleen biomedische professionals uit de non-profit- maar ook uit de profit-sector eraan deelnemen. ‘Dan kunnen ze samenwerken, van elkaar leren en elkaars expertise meer gaan waarderen. We geven daarom ook on-campus cursussen. Zo leren academici de farmaceutische wereld beter kennen. Daar is de cultuur immers anders dan in een academische setting. Mensen die zich via het Futurelab scholen, worden interessantere kandidaten voor de farmaceutische industrie.’