Maarten Schim van der Loeff, arts en epidemioloog, GGD Amsterdam:

‘Alternatief antibioticum voor gonorroe blijft nog even op de plank’

Antibioticaresistente gonorroe is wereldwijd een toenemend probleem. Voor het huidige standaardmiddel ceftriaxon zijn inmiddels de eerste signalen van resistentie aangetoond. Is er een alternatief te vinden, mocht de resistentie echt doorzetten en gonorroe daardoor onbehandelbaar worden? Maarten Schim van der Loeff en zijn team vonden een oplossing – voor het geval dát.

Soa-poli’s registreerden in 2020 zo’n 6.700 gevallen van gonorroe. De behandeling van deze ziekte is altijd al een verhaal geweest van resistentie. Lang geleden werd penicilline ingezet, tot dat niet meer werkte. Schim van der Loeff: ‘Inmiddels zijn we een paar antibiotica verder en zijn er signalen dat de snel muterende gonorroe-bacterie resistent dreigt te worden voor ceftriaxon, het huidige middel. Als meer dan 5% van de circulerende bacteriestammen resistent wordt, kun je een antibioticum volgens de WHO niet meer als eerstelijnsmiddel in de soa-poli inzetten. Zover is het nog niet, maar we wilden nu al zoeken naar een alternatief.’

Goede verwachtingen waarmaken

De onderzoekers hebben het standaardmiddel – dat een perfecte staat van dienst heeft – vergeleken met drie andere antibiotica, aldus de projectleider. ‘Dit hebben we dubbelblind gedaan onder 310 gonorroepatiënten van de soa-polikliniek van GGD Amsterdam. Gentamicine is een oud middel dat in Afrika goede resultaten heeft laten zien. Maar het ontbrak nog aan trial-data om de effectiviteit te onderbouwen. Ertapenem kwam in labonderzoek als veelbelovend naar voren. En fosfomycine, dat ingezet wordt bij urineweginfecties, zag er in kleine studies ook goed uit. Onze trial moest laten zien of de verwachtingen in de klinische praktijk hard te maken zijn.’

‘Financiers van onderzoek willen dat studies de zorg verbeteren. In dit geval is ‘beter’ dus juist nog even niets nieuws doen.’

Bacterie ontsnapt voortdurend

Fosfomycine bleek al snel niet effectief. Gentamicine genas de meerderheid van de patiënten van hun gonorroe, maar niet zo goed als ceftriaxon. Ertapenem bleek wel een volwaardig alternatief, voor het geval dat de resistentie voor ceftriaxon inderdaad doorzet. Schim van der Loeff: ‘De geschiedenis leert dat dit een kwestie van tijd is. Het probleem is nu dus ook niet definitief opgelost. We moeten waarschijnlijk voortdurend blijven zoeken naar alternatieven, omdat de bacterie – al muterend – steeds weer ontsnapt aan geneesmiddelen. Ertapenem blijft voorlopig nog op de plank liggen. Maar intussen moeten we al wel de toelating en vergoeding regelen, want het middel is voor de Europese markt nog niet geregistreerd voor intramusculaire toediening. We zijn in gesprek gegaan met de fabrikant, die de toelatingsprocedure zou moeten inzetten.’

Nog even niets nieuws doen

De herziene multidisciplinaire soa-richtlijn komt in het najaar uit. De hoofdonderzoekers (zie kader) zitten in de richtlijncommissie en brengen de resultaten ook in, zegt Schim van der Loeff. ‘Waarschijnlijk moet het devies dus zijn om nu niets te veranderen en het andere middel nog niet te implementeren. Ik merk dat we dat heel lastig uitgelegd krijgen. Financiers van onderzoek – dus ook ZonMw – willen dat studies de zorg verbeteren. En in dit geval is ‘beter’ dus juist nog even niets nieuws doen.’

Meer weten?

De NABOGO-trial is uitgevoerd door een onderzoeksteam onder leiding van Maarten Schim van der Loeff, arts en epidemioloog bij GGD Amsterdam en bijzonder hoogleraar Epidemiologie van seksueel overdraagbare infecties aan de Universiteit van Amsterdam (UvA), en dermatoloog-veneroloog Henry de Vries (hoogleraar aan Amsterdam UMC en werkzaam bij het Centrum voor Seksuele Gezondheid van de GGD Amsterdam). Ze deden de studie samen met medisch microbioloog Alje van Dam (Amsterdam UMC, tevens verbonden aan het laboratorium van de GGD Amsterdam). Zij werden statistisch ondersteund door epidemioloog Mirjam Knol van het RIVM en Anders Boyd en Vita Jongen van GGD Amsterdam.

Video
Contact

Verstuur