Doelmatigheid en

effectiviteit

In de gezondheidszorg worden veel geneesmiddelen ingezet. Dat is zinvol zolang de patiënt er beter van wordt en de baten tegen de kosten opwegen. Een belangrijk onderdeel van het GGG-programma is dan ook het onderzoek naar doelmatigheid en effectiviteit van farmacotherapeutische zorg.

Effectiever, veiliger en doelmatiger inzetten van bestaande geneesmiddelen. Dat is het doel van het GGG-programma. Het grootste belang van doelmatige en effectieve farmacotherapeutische zorg ligt natuurlijk bij de patiënt. Werkt een middel zoals het is bedoeld? Past het goed bij het doel dat een patiënt zelf voor ogen heeft? En wegen de nadelen, zoals bijwerkingen, niet te zwaar?

Doelmatig en effectief geneesmiddelengebruik kent ook een maatschappelijk belang. Met de razendsnelle ontwikkelingen in het medicijnonderzoek komen veel nieuwe middelen beschikbaar die soms prijzig zijn. Voor goede beslissingen over de vergoeding, moet duidelijk zijn of deze middelen in de praktijk inderdaad doen wat ze beloven en hoe de nieuwe middelen zich verhouden tot wat er al beschikbaar is. Daarnaast worden al langer bestaande medicijnen soms bijna automatisch ingezet. Zelden vraagt iemand zich dan nog af of het middel wel bijdraagt aan een optimale behandeling. Ook voor het antwoord op deze vraag is onderzoek nodig.

In veel gehonoreerde GGG-onderzoeksprojecten is uitgezocht of geneesmiddelen in bepaalde situaties inderdaad de beoogde meerwaarde hebben, zowel voor de patiënt als in maatschappelijk perspectief. Draagt een middel bij aan een betere behandeling? En is het kosteneffectief? Soms hebben bepaalde middelen onbedoeld meer nadelen dan voordelen. Of ze zorgen voor onvoorziene risico’s, die de patiënt in bepaalde situaties in gevaar kunnen brengen. Door onderzoek op al deze terreinen te stimuleren, draagt het GGG-programma bij aan een doelmatiger en effectiever geneesmiddelengebruik waar iedereen beter van wordt.

Vivianne Tjan-Heijnen, hoofd Medische oncologie, Maastricht UMC+

‘We wilden weten hoe geneesmiddelen tegen borstkanker in het echt werken’

Lees over dit project

Martijn Oudijk, gynaecoloog-perinatoloog en hoogleraar Verloskunde, Amsterdam UMC:

‘Onderzoek blijft nodig naar bijdrage weeënremmers aan uitkomsten voor het kind’

Lees over dit project

Anouk Weghorst, promovendus, Universitair Medisch Centrum Groningen

‘Antibraakmiddel ook bij huisarts kosteneffectief voor kinderen met buikgriep’

Lees over dit project

Maarten Schim van der Loeff, arts en epidemioloog, GGD Amsterdam:

‘Alternatief antibioticum voor gonorroe blijft nog even op de plank’

Lees over dit project

Monique Mochtar, gynaecoloog, Amsterdam UMC:

‘Oud middel is veel goedkoper dan het nu gebruikte hormoon bij intra-uteriene inseminatie’

Lees over dit project

Martijn Oude Voshaar en Mart van de Laar, Universiteit Twente:

‘Wanneer ontstekingsremmers bij jicht niet werken, is anakinra een goedkoop alternatief’

Lees over dit project

Video
Contact

Verstuur